Bart Chabot ligt met een
vervelende complicatie in het ziekenhuis. De koorts trekt door zijn lichaam, al
ijlend en op andere momenten helder overdenkt hij zijn jeugd. In interviews had
hij al wel vaak prijsgegeven dat zijn jeugd niet fijn was en dat vooral de band
met zijn vader ronduit slecht te noemen was. Nu moe en afgepeigerd in een
ziekenhuisbed komen de voorvallen uit die tijd hem weer helder voor de geest.
Rotjoch
Bart groeit op met een vader
die werkt op een ministerie, een moeder die huisvrouw is en een twee jaar
jonger zusje. Ze wonen klein en Bart gaat al snel op onderzoek uit. Als hij per
ongeluk een fles terpentine leegdrinkt en met liters melk en overgeven daar
vanaf moet komen, is zijn vader duidelijk over hem: “niets als ellende met dat
rotjoch”. Zijn moeder vult aan met een uitspraak die ze nog vaak zal herhalen: “je
had wel dood kunnen zijn!”.
Hardhandig
Alles wat Bart in hun ogen
fout doet, of het nu klein of groot is, altijd eindigt het in zijn slaapkamer
na de dreigende woorden: “maar zo makkelijk kom je er niet vanaf mannetje. Naar
je kamer, en wel onmiddellijk. Ik kom zo bij je”. En hij komt inderdaad, die
vader. Hardhandig wordt Bart aangepakt, zijn moeder staat erbij en kijkt
ernaar. Het is zelden dat ze ingrijpt, een enkele keer is het: ‘Hou op Gé, je
vermoordt die jongen nog”.
Opgroeien in een gezin als
het zijne, het vormt je, maar het vervormt je ook. Als je zo onrechtvaardig wordt behandeld,
groeit je eigen rechtvaardigheidsgevoel met de dag. Op school komt dat soms
goed van pas. Maar vaak ook niet, ook daar conflicten, pestgedrag, pas als Bart
naar de Mulo gaat groeit zijn zelfbewustzijn.
Op eigen benen
Buiten school zijn er soms
mooie momenten, de zomervakanties met een klasgenoot mee naar Frankrijk, de
uitstapjes naar Haarlem. Als Bart het
huis uitgaat en zijn ouders naar het buitenland vertrekken, komt er nog geen einde
aan het getreiter. Maar het raakt hem niet meer zo. Hij onttrekt zich eraan,
leidt zijn eigen leven, sticht een gezin en ligt nu in het ziekenhuis, zijn jeugd
te overdenken.
‘Mijn vaders hand’ is heel
toegankelijk en helder geschreven. Soms is het net of je Chabot hoort
vertellen. Een indrukwekkende afrekening met zijn verleden, een boek dat je
lang bij blijft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten